Hoe ontwerp je een Energetisch gebouw?
En dan bedoel ik niet een gebouw dat energie neutraal of energie leverend is, maar een gebouw dat qua energie aansluit bij zijn gebruikers en het doel waarvoor een gebouw gebouwd wordt op een specifieke locatie.
Een woonhuis voor een gezin heeft andere eigenschappen nodig dan een ziekenhuis. Een yoga-centrum in Nederland zal een andere energie nodig hebben dan een yoga-centrum in India.
Dus hoe begin je en welke middelen heb je tot je beschikking?
Dat is een vraag die niet zo eenvoudig te beantwoorden is, omdat het namelijk niet iets is wat je uit boeken kunt leren.
De eerste stap is simpelweg kennis vergaren over bouwen en het ontwerpen van gebouwen. Als architect neig ik ernaar om deze stap te vergeten, omdat dit voor mij vanzelfsprekend is. Als je geen architect of ontwerper bent, kun je echter het idee krijgen dat het ontwerpen van een gebouw niets meer is dan het positioneren van gewenste ruimtes op de juiste plek en hier dan een buitenkant omheen voor verzinnen.
De tweede stap is bewustwording. Bewust worden van jezelf, bewust worden van je directe en indirecte omgeving en bewust worden van de energie van materialen, vormen, getallen en wat deze voor invloed hebben op jezelf, maar ook op een ander. Pas als je enigszins bewust bent van deze invloeden kun je beginnen om een gebouw te ontwerpen dat aansluit bij een functie.
De derde stap is het doen. Alleen door ervaring kun je leren wat voor effect een materiaal of een vorm heeft. Door fouten te maken kun je leren wat wel en wat niet werkt. Door te werken met veel verschillende mensen kun je leren hoe verschillend de energie van ieder mens is.
Dan is er nog een stap die door alle voorgaande stappen heen loopt en dat is communicatie. Communicatie is niet alleen het op de juiste manier verwoorden van hetgeen je denkt, voelt en ervaart, maar het is ook luisteren naar wat die ander denkt, voelt en ervaart. De kracht van goede communicatie is de ander het inzicht te geven om deze sensitieve indrukken te kunnen verwoorden. Je luistert daarom niet alleen naar de woorden, maar je luistert ook met je hart.
Het begint dan ook met een gesprek die in eerste instantie heel pragmatisch is. Wat wil die ander. Wat is de opgave. Wat is de locatie. Wat zijn de randvoorwaarden die gesteld worden aan die locatie. Wat is het budget. Hele pragmatische vragen die een inzicht geven in de opgave die er ligt.
Dan ga je bespreken wat die ander wil ervaren. Welke sensaties moeten worden opgeroepen. Wat is het doel van verschillende ruimtes. Welke ondersteunende eigenschappen moet een ruimte hebben.
En tijdens dit gesprek voel je aan waar de ander specifiek behoefte aan heeft, gebaseerd op zijn of haar energie. Als dubbel aarde, zijn mijn eigen behoeftes compleet anders dan die van mijn vrouw, die dubbel vuur is, om maar een voorbeeld te noemen.
In de ontwerpsessie die volgt ga je alle informatie met elkaar verbinden. Niet alleen verbind je deze op een logische manier, maar je verbind deze informatie ook met de locatie. Fysiek kijk je naar de elementen die er zijn, zoals bomen, rivieren, omliggende gebouwen en de orientatie en toegang van het terrein; metafysisch kijk je naar de energie van de locatie. Waar liggen de natuurlijke energie-banen, hoe voelt de ondergrond aan, zijn er niet zichtbare invloeden waar je rekening mee moet houden, wat wil de locatie zelf.
Bij mij ontstaat dan al vrij snel een beeld, waarvan ik weet dat dat de juiste oplossing is. Echter bij de terugkoppeling richting de ander weet ik het pas echt zeker. Negen van de tien keer heb ik het goed, maar soms heb ik iets op de verkeerde manier geinterpreteerd. Hoe goed je namelijk ook kunt communiceren, je ontvangt nooit alle informatie in één keer en soms leg je de zwaarte binnen een ontwerp op een verkeerde plek. Met name als er meerdere mensen betrokken zijn die zeer verschillende energien hebben, is het lastiger om de juiste balans te vinden.
Het beeld dat ontstaat heeft in eerste instantie te maken met orientatie en routing. Waar ligt een gebouw op een kavel. Hoe kom je binnen. Hoe zijn de verschillende ruimtes met elkaar verbonden. Hoe verhouden de windrichtingen zich met de verschillende functies. Het Noorden heeft een andere energie dan het Zuiden en de slaapkamer heeft een andere energie nodig dan een woonkamer of studeerkamer. Los van de wel of niet gewenste opwarming van ruimtes, een slaapkamer op het Noorden zal anders qua energie zijn dan een slaapkamer op het Zuiden.
Vervolgens ga je dit fine-tunen met afmetingen, vormen en materialen. Ieder getal heeft zijn eigen energie, net als iedere ruimte. Een ruimte verandert qua energie als je het plafond hoger of lager maakt en dit geldt ook voor de breedte of diepte van een ruimte. Weten welke energie nodig is voor de functie van een ruimte en weten welke verhoudingen deze energie oproepen, is een essentieel onderdeel van energetische architectuur.
Ditzelfde geldt voor de energie van een vorm en voor de energie van een materiaal. Er is een groot verschil tussen natuurlijke- en niet natuurlijke materialen, maar er zijn ook veel nuance verschillen tussen natuurlijke materialen onderling. Hennep isolatie heeft bijvoorbeeld een compleet andere energie dan stro of hout. Weten welk materiaal aansluit bij een functie of een gebruiker is belangrijk en zal uiteindelijk een verschil maken bij de beleving van een ruimte of een gebouw. Niet iedere ruimte hoeft gebouwd te worden met dezelfde materialen, alhoewel we dat tegenwoordig vanuit pragmatische overwegingen wel vaak doen.
Vervolgens ga je kijken naar het gebruik van kleuren. Een rode kamer zal een andere energie hebben dan een blauwe kamer. Rood heeft een vrij lage energie en wordt geassocieerd met aarde. Het heeft echter ook een activerende werking. Blauw wordt geassocieerd met communciatie en heeft een hogere energie. Kleur gaat dus verder dan esthetiek en gaat verder dan wat wij mooi vinden. Kleur heeft ook een functie.
Uiteindelijk ontstaat er een gebouw dat verankert is in zijn locatie en dat specifiek ontworpen is voor een bepaalde doelgroep met een specifiek doel. Op fysiek niveau zal zo’n gebouw goed en kloppend aanvoelen. Op metafysisch niveau zal dit gebouw een bron van licht zijn dat een helende werking zal hebben voor zijn omgeving.
Michel Post / ORIO architecten
voorzitter Vereniging Integrale Bio-Logische Architectuur (VIBA)